TEST BMW 728, 730, 733i
GROTE KLASSE
Uit auto motor und sport 20/1977.
Door Klaus Westrup. Vertaling Bram Visser, 2004.
’De beste auto ter wereld was er al’, prijst een BMW-advertentietekst
onmiskenbaar aartsvijand Mercedes-Benz in Stuttgart-Untertürkheim. En gaat
brutaal verder: ‘Daarom waren wij meer van plan.’
Wat de Bayerische Motoren Werke van plan waren en wat ze als
‘contrastprogramma’ presenteren, luistert naar de nuchtere typeaanduiding
728, 730 of 733i en heeft in principe twee opdrachten te vervullen. Mensen die
de voorgangers 2500 tot 3.3Li reden bij een eventuele wisseling bij BMW te
houden. En de mensen die tot nu toe Mercedes reden, zo snel mogelijk in het
eigen kamp te dwingen.
De kansen om beide plannen te verwezenlijken zijn gunstig. Hoe gunstig – dat
probeert auto motor und sport in dit testbericht te beantwoorden.
CARROSSERIE: ONOPVALLENDE GROOTTE
Wie de nieuwe BMW 7-serie van buiten bekijkt, weet niet meteen of hij de Münchense
stilisten nu moet prijzen of niet. Want prijzenswaardig is de totaalindruk
alleen als de opdracht luidde een waarlijk grote limousine (lengte bijna vijf
meter, breedte 1,80 meter) nadrukkelijk compact, ja bijna sierlijk te laten
lijken. Niet prijzenswaardig is het resultaat als het tegendeel de bedoeling was
– een ook optisch ‘zware’ wagen, zoals de S-klasse concurrent van Mercedes
dat is.
Want de nieuwe auto, die niet alleen zeer groot maar met 1,6 ton leeg gewicht
ook tamelijk zwaar is, staat echt onschijnbaar in de ruimte. Een bijzonder
representatief karakter zoekt de beschouwer tevergeefs, en het idee dat de
Bondskanselier achter uit deze nieuwe BMW stapt, lijkt echt onwaarschijnlijk.
Eerder stel je je een jonge dynamische manager voor of natuurlijk ook een goed
verdienende tandarts. Want een echte BMW – dat is ook deze nieuwe qua vorm
zeker geworden.
Zo voegt de grote zich harmonieus in de rest van het programma – met de
typische BMW-nieren voor, de ‘pijlvormige voorkant’ (BMW-fabrieksjargon), de
naar achteren licht oplopende lijn, de lage taille en de grote glasoppervlakken.
‘Ook de nieuwe grote BMW blijft lid van de BMW-familie’, heet het
trouwhartig in een BMW-persmap, als zou er ernstig gevaar hebben bestaan dat
deze nieuwe auto een buitenstaander zou zijn.
Zo heeft de nieuweling wat vorm betreft in elk geval stijl, namelijk BMW-stijl.
Het gevaar om een 7-serie te verwisselen met producten van de concurrentie,
bestaat op geen enkele manier; dan verwissel je hem nog eerder met witblauwe
producten. Stilistische gelijkheid met de eerder gepresenteerde coupé 630 CS of
633 CSi is er inderdaad, maar dat mag je geen fout noemen. Want de BMW coupé
behoort hiërarchisch tot de topklasse – het zou erger zijn als je de 7 zou
verwisselen met een 3 of een 5.
In het interieur zet de goede en rechtlijnige stijl zich voort. Ook hier werd de
7 een echte BMW – met zijn cockpitachtige bestuurdersgedeelte en een
uitrustingsstijl die het tegendeel van vriendelijk is. Overzichtelijke
instrumenten en binnen handbereik geplaatste bedieningshendels vertonen juist
die hoge mate van functionaliteit, die intussen karakteristiek is geworden.
De stoelen zijn behoorlijk en kunnen ook in hoogte worden versteld,
stuurkolomverstelling is al bij het eenvoudigste model, de 728, standaard.
Verwarming en ventilatie zijn goed gedimensioneerd en veelvoudig instelbaar,
airconditioning is er tegen meerprijs (ca. 3000 mark). Voor het overige is de
uitrusting al bij het basismodel mooi uitgebreid. Het nuttigste element van de
standaard uitrusting van het duurste model 733i is een met elektromotoren
werkende centrale portiervergrendeling, die helaas niet apart op elke 7-serie is
te bestellen – in tegenstelling tot Daimler-Benz.
Het welbehagen dat men in het interieur van de nieuwe grote BMW voelt, hangt
echter niet alleen samen met de functionele uitrustingsstijl, maar nog meer met
het ruimteaanbod. Er is uitgesproken veel plaats, de BMW hoeft zich niet voor de
concurrentie te verstoppen en biedt duidelijk meer dan zijn voorgangers.
Het duidelijkst is de vooruitgang te merken op de achterbank, waar nu zo veel
knieruimte is als wenselijk in een grote limousine. Ook aan hoofdruimte werd
tegenover de oude 2500 enkele centimeters gewonnen. En de kofferruimte is groot
genoeg voor een uitgebreide reis: 360 liter volgens auto motor und sport-norm.
Het over het geheel genomen zeer goede ruimtegevoel wordt in de praktijk
gecompleteerd door een zeer goed uitzicht. Ook de 7-serie is een buitengewoon
transparante auto, die vanbinnen zeer licht is en van waaruit je nagenoeg
optimaal naar buiten kunt kijken. Omgekeerd kan men ook zeer goed naar binnen
kijken; wie de voorkeur geeft aan anonimiteit in zijn auto, moet zich maar
behelpen met een Rolls-Royce Phantom of een Saab 96.
De doorzichtigheid van de grote BMW zorgt er ook voor dat de compacte indruk die
deze auto van buitenaf maakt, ook van binnen naar buiten ontstaat. Het gevoel in
een vijf-meter-mobiel te zitten, ontstaat – tenminste vanaf de
bestuurdersstoel – op geen enkele wijze. Integendeel: de 7’s voelen aan als
volwassen middenklassers – zonder twijfel een zeer belangrijk zakelijk
voordeel. Ze voelen ook kwalitatief goed genoeg aan om in deze prijsklasse een
gunstige indruk te maken. Toch is het geen geheim dat de concurrent uit Schwaben
voor de Münchenaren op dit punt het voorbeeld blijft.
MOTOREN: DRIE ZESCILINDERS
Compleet nieuwe motoren zijn zeldzaam geworden in de automobielbouw. Dat is geen
wonder: geen enkel ander onderdeel verlangt een dermate intensieve
ontwikkelingsinspanning en kost zo veel geld als een kakelverse motor.
Ook BMW gebruikt bij de 7-serie voorlopig uitsluitend die aloude zescilinders in
lijn, die voor het in 1968 gepresenteerde type 2500 werden ontwikkeld, met
diverse variaties in cilinderinhoud en vermogen. Er worden drie machines
aangeboden: met 2,8 liter inhoud en 170 pk, met drie liter en 184 pk en een 3,2
liter grote inspuitmotor met 197 pk. De keuze aan zescilinders is dus groot
genoeg; de vraag is alleen waarin ze van elkaar verschillen.
Bij de prestatiemetingen werden we eerst verrast, in zoverre dat de nominaal
zwakste Zeven, de 728, zowel in acceleratie als in topsnelheid praktisch niet
slechter was dan de sterkere 730. Beide liepen iets sneller dan 200 km/h, beide
accelereerden in minder dan tien tellen vanuit stilstand naar 100 km/h. In de
tussenacceleratie, waarbij in de hoogste versnelling vanaf 40 km/h vol wordt
opgetrokken, was de 728 zelfs veel temperamentvoller dan de 730. Tot 140 km/h
nam de kleine de grote bijna 5 tellen af – resultaat van zijn kortere
overbrenging.
Deze meetgegevens werden bevestigd door de subjectieve rij-indruk: de 728 komt
levendiger en agieler over dan de 730 en levert dus meer rijplezier. De beide
carburateurmotoren zijn verder even gecultiveerd. Ze lopen allebei extreem
trillingsvrij en stil en leveren met hun zijdezachtheid de indruk van perfecte
loopcultuur.
De 27 pk méér (ten opzichte van de 728-motor) leverende inspuiter geeft het
topmodel 733i wel een zekere soevereiniteit in prestaties (8,7 s tot 100 km/h,
topsnelheid bijna 210 km/h), maar hij loopt merkbaar rauwer dan de kleine
versies. Daar zet hij meetbare verbruiksvoordelen tegenover. Het testverbruik
lag bij de 733i op 16,3 l/100 km gemiddeld. Het meest verbruikte de 730 (18,1
liter), de 728 kwam op 17,1 liter.
De gecultiveerdheid van de BMW-zescilinders, die – absoluut gezien – ook de
krachtigere inspuiter in hoge mate te bieden heeft, is dan ook een zeer
wezenlijk voordeel van deze motoren. Want het absolute prestatievermogen ziet er
nu, vooral omdat de BMW 7’s met een gewicht van rond de 1600 kg relatief zwaar
zijn, toch nog netjes uit. Het zijn alles bij elkaar snelle auto’s, maar het
zijn qua prestaties geen superieure auto’s meer – zoals bijvoorbeeld de oude
3.0Si in zijn prijsklasse was.
Meer ‘Schwung’, al is het maar om redenen van prestige, zal in de toekomst
met meer inhoud en meer vermogen moeten worden gerealiseerd, zoals de
concurrentie, vooral Mercedes, nu al praktiseert. Een nieuw Beiers motorenwerk,
zo mogelijk een twaalfcilinder, dat is het wat men op den duur in de BMW 7-serie
verwacht.
ONDERSTEL: EEN ECHTE BMW
Met een vooras met veerpoten en een achteras met dwarsarmen heeft BMW bij de 728
het basisconcept van de voorgangers behouden. Maar modificaties zorgden er voor
dat de BMW-typische rijeigenschappen van de voorganger in verbeterde vorm zijn
terug te vinden. De rechtuitloop is nu zeer goed, de stuurbekrachtiging (die
door hydrauliek van olie wordt voorzien) werkt gevoelig en zorgt met veel
precisie voor een goed bodemcontact.
De precieze stuurbekrachtiging is van essentieel belang voor de fundamentele
totaalindruk die deze nieuwe auto spontaan oproept. Want die zorgt, samen met
andere ingrediënten, voor een handelbaarheid die in deze klasse nog nooit
eerder is bereikt. Des te sneller men overigens rijdt en des te bochtiger het
parcours is, des te indringer kreeg deze indruk vorm.
Van het hoge gewicht is zeer weinig te merken, en dat een vijf meter lange auto
zo lichtvoetig ook de krapste bochten rondt, dat zou men vóór het verschijnen van de 7-serie nauwelijks voor mogelijk hebben gehouden.
Ook in het grensbereik is de nieuwe grote een typische BMW geworden, met goed
controleerbaar overstuur als men de grens overschrijdt. Het is een zacht
weglopen van de achterzijde, dat zich door een licht terugnemen van de
stuuruitslag goed laat corrigeren. Op natte wegen lijkt die goedmoedigheid
echter minder pregnant; dan moet – vooral in krappe bochten – voorzichtig
gas worden gegeven.
Een echte rijdersauto dus, onder de streep, en zeker geen waar voorin de
chauffeur zit en achterin de directeur zijn papieren doorneemt. Ook gezien het
comfort lijkt deze voorstelling niet zo realistisch. Weliswaar is het
absorptievermogen van de vering dusdanig dat de passagiers van hardheid blijven
verschoond, maar aan de andere kant blijft er een duidelijke afstand tot de
comfortabelste auto’s van deze klasse.
Vooral kleine oneffenheden worden niet goed verwerkt – putdeksels neemt de
7-serie, zijn stand onwaardig, klapperend. Over het geheel genomen is het
comfort, samen met de zeer stil lopende motoren, echter goed.
Rest ons nog wat te zeggen over de prijzen en wat men daar voor krijgt. Hier
maakte de ontmoeting met de 7-seriemodellen snel duidelijk dat de goedkoopste,
de 728, met een prijs van net onder de 30.000 mark (DM 29.300) een bijzonder reëel
aanbod is. Hij is goed uitegrust en is maar liefst 9300 mark goedkoper dan het
topmodel 733i (DM 38.600). Daartussen zit de 730 met een prijs van 33.600 mark
en weinig bestaansrecht. Want hij biedt in principe alleen een hogere prijs dan
het basismodel BMW 728. Al met al mag men de Münchenaren rustig feliciteren met
hun nieuwe grote modellen. Ze behoren zonder twijfel tot de beste auto’s ter
wereld en zijn, volgens een BMW-reclametekst, ‘een automobiel alternatief dat
het voor velen, die ondanks hun sportieve aard nog geen BMW-rijder zijn,
moeilijk zal maken het niet te worden.’ En daar zit wat in.
IN HET KORT
Vierdeurs limousine met zeer goede overzichtelijkheid, goed ruimteaanbod voor
vier personen en goede afwerkingskwaliteit. Voldoende goede stoelen met een
groot verstelbereik, werkzame verwarming en ventilatie. Zeer overzichtelijke
instrumenten, goed onder handbereik geplaatste schakelaars en hendels. Echt goed
veercomfort, gering interieurgeluid. Veilige rijeigenschappen met
overstuurneiging in te snel genomen bochten, zeer goede handelbaarheid. Goede
prestaties, goed doseerbare en standvastige remmen. Stevig brandstofverbruik.
MEETGEGEVENS |
|||
|
BMW 728 |
BMW 730 |
BMW 733i |
Acceleratie (werkelijke snelheden, volgetankt, 2 personen) |
|||
0 – 60 km/h |
4.4 |
4.5 |
4.3 |
0 – 80 km/h |
6.8 |
6.7 |
6.2 |
0 – 100 km/h |
9.7 |
9.5 |
8.7 |
0 – 120 km/h |
13.8 |
13.9 |
12.3 |
0 – 140 km/h |
18.9 |
18.9 |
16.8 |
0 – 160 km/h |
27.8 |
26.1 |
24.1 |
0 – 180 km/h |
42.8 |
42.9 |
34.5 |
0 – 400 m |
16.9 |
16.8 |
16.3 |
0 – 1000 m |
31.1 |
30.9 |
30.0 |
Topsnelheid (km/h) |
201.1 |
202.2 |
209.3 |
Souplesse (in de 4e versnelling) in s |
|||
40 – 60 km/h |
6.2 |
6.8 |
5.8 |
40 – 80 km/h |
11.8 |
13.0 |
11.1 |
40 – 100 km/h |
17.7 |
19.3 |
16.5 |
40 – 120 km/h |
24.0 |
25.9 |
22.0 |
40 – 140 km/h |
31.5 |
34.8 |
28.3 |
40 – 160 km/h |
41.1 |
45.8 |
35.6 |
40 – 180 km/h |
56.1 |
- |
46.3 |
1 km vanaf 40 km/h |
36.2 |
37.3 |
35.0 |
Interieurgeluid in dB(A) |
|||
Stationair |
51 |
48 |
50 |
Bij 50 km/h |
61 |
59 |
60 |
Bij 80 km/h |
66 |
65 |
66 |
Bij 100 km/h |
68 |
67 |
68 |
Bij 120 km/h |
72 |
70 |
71 |
Bij 130 km/h |
73 |
71 |
73 |
Bij 140 km/h |
74 |
73 |
74 |
Bij 160 km/h |
77 |
76 |
77 |
Bij 180 km/h |
79 |
79 |
79 |
Verbruik (superbenzine) in liter/100 km |
|||
Autobahn ± 135 km/h |
16.0 |
17.1 |
15.0 |
Autobahn ± 115 km/h |
13.8 |
14.8 |
13.1 |
Prov. weg ± 80 km/h |
17.8 |
18.8 |
17.5 |
Stad |
15.0 |
15.8 |
14.4 |
Testverbruik |
17.1 |
18.1 |
16.3 |